Op een Achterhoeks bedrijventerrein staat een hal van 120 meter lang. Middenin de hal is een muur met daarvoor een enorme berg afval van gescherpt metaal. Een hoeveelheid van 200 containers. Achter die berg is een deur en die leidt naar een enorm laboratorium voor synthetische drugs , met een dagelijkse productie van 100.000 euro. In dit geval was het niet zo, maar het had een tip van een oplettende ondernemer geweest kunnen zijn, die de opsporingsdiensten naar deze loods leidde. Iemand die de huurprijzen kent van het industrieterrein en het rekensommetje even vlot maakt: zo’n groot pand tegen die en die grondprijs en zo weinig zichtbare activiteit, dat is verdacht.
Helaas doen ondernemers nauwelijks melding van de oneffenheden om hen heen die ondermijning doen vermoeden. Dat is zonde, want ondernemers die een bedrijventerrein delen, hebben een buikgevoel over elkaar. Ze weten het als er iets niet spoort. Echter, ze zijn niet aangesloten op het juiste netwerk om hun signalen te delen met gemeente of politie, meent Anton Jansen, beleidsadviseur bij politie-eenheid Oost Nederland en manager van het Platform Veilig Ondernemen (PVO). Ondernemers hebben angst dat hun naam naar voren komt en dat er represailles volgen op hun melding. Maar er zit ook een component gemakzucht in, het is voor de gehaaste ondernemer te veel gedoe om een vermoeden door te geven bij een bureau of een gemeentelijk loket.
Vanuit het PVO organiseert Jansen, samen met andere partijen, Ondernemers Alert-bijeenkomsten. Die zijn bedoeld om met ondernemers in gesprek te raken over ondermijningsonderwerpen. Het concept is simpel: een presentatie door deskundigen en een borrelhapomgeving waar ondernemers ongedwongen in gesprek gaan met politiemensen, een burgemeester en experts, zoals het hoofd recherche, iemand van het Regionaal Informatie- en Expertisecentrum, een advocaat of een wijkagent. Hier kan de ondernemer zijn vragen stellen, zonder van alles prijs te geven over zaken waar hij liever nog niet over praat.
‘Wij zeggen dan dat ze niet de CSI-rechercheur moeten uithangen’
Weet jij wel wat je buurman aan het doen is? Weet je wel wat voor soort bedrijf er in jouw verhuurde pand huist? Dat soort vragen komen voorbij op een Ondernemers Alert-avond. Ondernemers zijn erg gericht op hun eigen bedrijf, ziet Jansen om zich heen. “Wij zeggen: weet je wel hoeveel gevaar jij loopt als er brand uitbreekt in de hennepplantage of het ecstacy-lab van je buurman? Of wie denk jij dan dat er opdraait voor de vervuiling die er optreedt als er een xtc-lab wordt ontdekt in jouw pand?” Op dit soort vragen vallen er kwartjes: ‘oh, maar ik weet er wel een paar, hoor.’ Per bijeenkomst levert dat wel een handjevol bruikbare tips op. Jansen: “Wij zeggen dan dat ze niet de CSI-rechercheur moeten uithangen, maar we vragen ze om te melden.”
Het is schrikken hoeveel naïviteit er bestaat ten opzichte van de georganiseerde criminaliteit, merkt Jansen op. “Hoe dieper we in het onderwerp raken, hoe meer we daarvan zien. Gemeenten die geen idee hebben welke bedrijven er op hun terreinen zitten en die niet aan handhaving doen, waardoor de brandweer tijdens een brand wordt geconfronteerd met gevaarlijke situaties die ze niet hadden kunnen voorzien. Denk aan chemicaliën.”
'Ik denk dat er cohesie moet ontstaan tussen allerlei organisaties die er wat van vinden'
Daarom zijn de Ondernemers Alert-bijeenkomsten gericht op bewustwording. Alle instanties die hiermee te maken hebben, zowel bestuurlijk als strafrechtelijk, werken gefragmenteerd. Er mist cohesie, vindt Jansen. “Met Ondernemers Alert maken wij een korte lijn. Mensen kunnen hun verhaal kwijt, organisaties weten elkaar makkelijker te vinden en ze kunnen sneller beoordelen wat te doen met een signaal.”
“Het onderwerp ondermijning moet niet op de klassieke manier worden benaderd”, zegt Jansen. Daarmee bedoelt hij de weg via het strafrecht: de boef vangen, voor de rechter brengen en hem veroordeeld zien te krijgen. Hij is voor een bestuurlijke of fiscale aanpak. Immers, een criminele organisatie is vergelijkbaar met een commerciële onderneming. Het draait om winst maken, er zit een economische gedachtegang achter. Dus je kunt criminelen het hardst raken in de portemonnee. Dat gebeurt nu al wel, maar het is nog onontwikkeld gebied. Wat moet er gebeuren om dat te verbeteren? Jansen: “Iedereen blijft in zijn eigen vierkantje zitten. Ik denk dat er cohesie moet ontstaan tussen allerlei organisaties die er wat van kunnen en mogen vinden. De fiscus, de bestuurskant. Het moet een gezamenlijke, maatschappelijke, integrale aanpak worden.”
‘We zijn heel dadergericht bezig, we willen allemaal de boef vangen’
Om dit te bereiken, is er een andere mindset nodig, stelt Jansen vast. “Wij merken nu dat als er zich een casus voordoet en we schuiven dat in de richting van een organisatie die het beste resultaat kan boeken, dan stuiten we op weerstand vanwege beperkte capaciteit of financiën.” We moeten toe naar een breed gedragen houding van ‘dit kan niet en dit gaan we aanpakken’. Daarvoor is inventiviteit nodig.
Wat Jansen betreft mag het roer resoluut om. “We zijn heel dadergericht bezig, we willen allemaal de boef vangen, maar laten we het eens omdraaien. Als jij je netjes aan de regels houdt in Nederland, waarom zou je daar niet voor beloond worden?” Wil je niet dat een ondernemer die het water aan de lippen heeft staan in zee gaat met foute figuren, bied hem dan een alternatief. Ga soepeler om met bestemmingsplanwijzigingen, zodat een boer zich niet genoodzaakt voelt om zijn leegstaande schuur te verhuren aan duistere mannen die hem veel geld bieden. Vergemakkelijk de vergunningsaanvraag van de ondernemer die zich goed gedraagt. Laat de bank op basis van een goede reputatie niet zo moeilijk doen over een kredietaanvraag. Jansen: “Maak er maatwerk van en toon begrip voor elkaars situatie. Stop met rigide zijn en bied flexibele oplossingen. Dan loont het om eerlijk te zijn.”
Week van de Veiligheid Vandaag, 9 oktober, begint de Week van de Veiligheid. Deze week is niet zomaar gekozen, want met het invallen van de donkere dagen, neemt de kans op criminaliteit toe. Tijdens de Week van de Veiligheid brengen diverse organisaties en gemeenten het thema veiligheid extra onder de aandacht bij ondernemers en hun personeel. “Met de Week van de Veiligheid stimuleren wij ondernemers zich zo goed mogelijk voor te bereiden op criminaliteit”, zegt Colin Voetee, adviseur Veilig Ondernemen bij het CCV. “Als CCV hebben wij online en offline tal van hulpmiddelen ontwikkeld om ondernemers hierbij te helpen. Daarnaast organiseren de betrokken brancheverenigingen en tientallen gemeenten tijdens de Week van de Veiligheid diverse activiteiten die ondernemers helpen bij het nemen van preventiemaatregelen. Zo roepen we samen criminaliteit een halt toe.” |